TWISK – De gemeenteraad van Medemblik heeft in 2019 besloten om van bungalowpark De Maar in Twisk een woonwijk te gaan maken en om deze transformatie in werking te zetten moet het bestemmingsplan worden aangepast of zelfs een geheel nieuw bestemmingsplan worden gemaakt.
Om dit te kunnen doen moet het college van Medemblik kaders hebben waar binnen zij kunnen en moeten werken. Deze kaders is de gemeente op dit moment aan het uitwerken. Als eerste heeft de gemeente een quickscan laten uitvoeren door een extern bureau waaruit naar voren kwam dat wat bij De Maar nodig is, ook voor De Kogge 1 en de Kogge 3 in Oostwoud telt. De Kogge 1 en 3 zijn soortgelijke parken als De Maar in Twisk, parken waar geen recreatieve toekomst meer voor is en die al jaren vrijwel 100% worden bewoond. Om deze reden heeft het college ook De Kogge opgenomen in het uitvoeringsprogramma, en slaat men twee vliegen in 1 klap.
Uit de quickscan komt als conclusie naar voren dat recreatiepark de Kogge 1 kan worden getransformeerd naar een woonbestemming en daarom wordt meegenomen in het bestemmingsplan voor De Maar. Op de Kogge 1 staan 15 recreatiewoningen die op een enkeling na permanent worden bewoond, naast deze woningen staan er op de Kogge 1 twee stacaravans die recreatief worden gebruikt, voor deze stacaravans wordt in het bestemmingsplan een overgangsregeling gemaakt.
De Kogge 3 kan niet mee worden genomen in het bestemmingsplan omdat naast het park een aannemersbedrijf is gevestigd die in het huidige bestemmingsplan een zwaardere milieucategorie heeft gekregen (3.1). In de milieuwetgeving zijn recreatiewoningen geen geluidsgevoelige objecten, woningen daarin tegen wel. Als het bestemmingsplan voor De Kogge 3 gaat worden gewijzigd heeft dit gevolgen voor voor het aannemersbedrijf, daarom laat de gemeente eerste een geluidsonderzoek uitvoeren voor de Kogge 3 kan worden meegenomen in het bestemmingsplan.
In een brief aan de gemeenteraad schrijft het college: ‘Het uitvoeren van dit onderzoek hebben we vooralsnog even ‘geparkeerd’ om ervoor te zorgen dat we het bestemmingsplan voor De Maar zo spoedig mogelijk – maar uiterlijk vóór 5 oktober – ter inzage kunnen leggen. Op die datum stellen Provinciale Staten namelijk de nieuwe provinciale omgevingsverordening vast. De Maar is op grond van die verordening als Bijzonder Provinciaal Landschap. (BPL) aangewezen. Op grond van de regels van de verordening kunnen binnen dit landschap geen transformaties plaatsvinden. Leggen wij vóór 5 oktober (vaststellingsdatum) een bestemmingsplan ter inzage, dan is de nieuwe verordening (met de aanwijzing als BPL) niet van toepassing en kan De Maar getransformeerd worden.‘
Een beslissing over de Kogge wordt ergens medio 2021 verwacht.